Gedrag van karper in het algemeen
Enkele gedragingen geldend voor karper in het algemeen zijn:
Als de watertemperatuur een bepaalde drempel overschrijdt, trekken de karpers van een bepaald water naar een of meerdere paaiplaatsen. Deze plaatsen kunnen wisselen, maar vaak gaat het om de zelfde plaatsen. Het eerst arriveren de mannetjes, gevolgd door de vrouwtjes. Het afpaaien van de karper geschiedt meestal op een ondiepe plaats, die bij voorkeur begroeit is met waterplanten, of voorzien van obstakels. Tijdens het paaien worden de vrouwtje door de mannetjes "geholpen" met het kuiten door tegen elkaar, of tegen obstakels/wier of bodem gedrukt te worden. Hierdoor komt het kuit vrij, dat dan door de hom van de mannetjes bevrucht wordt. Het afpaaien is meestal maar van korte duur(maximaal 2 dagen), en vindt veelal 's nachts en 's morgens plaats. De paaitijd is voor karpervissers een ideale tijd om inzicht in de populatie te krijgen. Bijna alle karpers van een betreffend water nemen er deel aan, en het paaien gebeurt meestal op ondiep water, waardoor de karpers vaak zichtbaar zijn. Is het paaien afgelopen zijn de vrouwtjes de eersten die vertrekken, en de mannetjes blijven iets langer(tot 2 weken na de paai) hangen.
Dressuur is altijd in min of meerdere mate aanwezig. Doordat karper gevangen wordt, ontstaat een leerproces. Afhankelijk van de aard van bevissing is dit leerproces meer ontwikkeld. Echte dressuurwateren worden veelal altijd bevist, waardoor er geen periode is om weer tot "rust" te komen. Door een tijd van rust(doordat er niet gevist wordt) vergeet een karper. Dressuur is niets anders als het door ervaring aanpassen van de aasgewoontes. Die aanpassingen van de aasgewoontes kunnen vele vormen hebben. Het daadwerkelijke aasgedrag is zelfs veelal per water verschillend. Sommige vissen hebben zelfs individuele aasgewoontes die afwijken van de rest van de populatie op een bepaald water.
Over het algemeen kan er gezegd worden dat er 3 periodes zijn die beter zijn dan de rest van het jaar.
|
Voor de paai. |
|
|
Na de paai. |
|
|
De herfst. |
Elk van de bovenstaande beste tijden heeft een reden waarom de karper actiever is in deze tijd. Zo is de karper actiever voor de paai omdat door de aanmaak van eitjes en hom er veel energie nodig is. Die energie uit zich in honger. Een karper die honger heeft is gretiger, en heeft "de fout " dus eerder gemaakt. Na de energieverslindende paai heeft de karper weer honger, dus wordt er weer flink gevreten. Deze periode is betrekkelijk kort(meestal maar 1 of 2 weken). De herfst is de periode waarin de karper zich moet voorbereiden voor de winter. Doordat het voedsel in de winter schaars is moet de karper zorgen dat hij voldoende reserve heeft opgebouwd om de winter door te komen. Veelal is die periode die vaak begint begin tot half september langer als 4 weken, en eindigt vaak als de temperatuur flink zakt.